Overijssel

Overijssel was, in oude tijden, tezamen met Drenthe, het Gorecht (nu Gronings) en de Stellingwerven (nu Fries) een „kolonie” (wingewest) van het bisdom Utrecht. Deze provincie ligt, van Utrecht uit gezien, dus „over de IJssel”, hetgeen de naam verklaart. Er waren van ouds de streken Steenwijkerland (Stienwiekerlaand), Salland (Sallaand) en daarbij Twente(Tweante). Hierbij moet bedacht worden dat in de naam „Twente” een oude vorm van „twee” verborgen zit. Een oude indeling in vier kwartieren is dus nog wat zichtbaar.

overijssel

De provincie Overijssel
De provincie grenst in het noordwesten aan Friesland, in het noorden aan Drenthe, in het noordoosten en het oosten aan Duitsland, in het zuiden aan Gelderland en in het westen aan Flevoland.
De hoofdstad is Zwolle. De bevolkingsdichtheid bedraagt 342 inw./km2

vlag overijsel                     Provinciale wapen                                      Provinciale vlag

Het wapen van de provincie is gelijk aan dat van Zuid-Holland maar dan doorsneden met een golvende blauwe baan die de rivier de Gelderse IJssel verbeeldt. De vlag is dezefde als de (oudere) vlag van Zuid-Holland maar dan doorsneden met die golvende blauwe baan. (Wat later is Zuid-Holland opnieuw de historische Hollandse leeuwenvlag, nu als vlag voor alleen de provincie Zuid-Holland, gaan gebruiken!).

Provinciale omroep: Radio-Oost & TV-Oost & Teletext.
Overijssel in vogelvlucht & Weer in Overijssel & Noodweercentrale Overijssel.
Overijsselse overheid (Staten) & De staten van Overijssel (foto’s).
Toerisme in Overijssel & Leskaart van Overijssel.

 Overijssels Volkslied (Nederlands).

-1-                                                                -2-
Aan de rand van Hollands gouwen,            Waar de Vecht en Regge kronk’len,
Over brede IJsselstroom.                            Door de heuv’len in ‘t verschiet.
Ligt daar, lieflijk om t’aanschouwen,           Waar de Dinkelgolfjes fonk’len,
Overijssel, fier en vroom.                            Ligt het land, dat ‘k stil bespied.

-3-                                                               -4-
‘k Heb U lief: G’omvat in glorie,                  D’eindeloze twisten brachten
Oudheid, Kunst en Klederdracht.               U, mijn land, geen voorspoed aan.
Eertijds streden om victorie,                       Toch is uit Uw leed en klachten,
Steden — Ridders, burchtenmacht.           Rijke stedenbloei ontstaan.

-5-                                                               -6-
Gij bidt God, dat Hij op ‘t zaaien,                Oversticht, Uw schone weiden,
Rijpen doe ‘t gestrooide zaad,                    Horizonten, paarse hei,
Dat Ge dankbaar ‘t graan moogt maaien,  Boeien hart en ziele beide,
Als het uur van oogsten slaat.                    Van Uw volk. Gij zijt van mij.

Geschiedenis
Volgens Tacitus waren de (bewoners van het huidige Overijssel) de Tubanti, bij het begin van de jaartelling, de heersende Germaanse stam in het gebied dat nu Overijssel heet. Tijdens de strafexpeditie van Germanicus in 14 n.b.j, in een aangrenzend gebied (nu een deel van Duitsland) werd de broederstam der Marsi door de Romeinse troepen aangevallen om de vijf jaar eerder rampzalig verlopen Varusslag te wreken. De Tubanti (met de Bructeri en de Usipeti) kwamen hen te hulp, maar leden er een nederlaag. Aangenomen wordt dat de Tubanti zich toen al in het huidige Oost-Nederland gevestigd hadden. De inwoners van het oosten van de provincie noemen zichzelf nog vaak, met enige trots, Tubanten” (of in hun streektaal: Tukkers”).

Enkele eeuwen later vochten de Tubanti opnieuw de met Romeinen. Geprikkeld door de wreedheden van de Romeinse keizer Constantijn de Grote bij zijn aanval op de Bructeri (308) besloot een aantal Germaanse stammen (waaronder de Tubanti) het Romeinse Rijk binnen te vallen maar ze werden door Constantinus verslagen. Wat later gingen de Tubanti (met andere stammen) op in het stamverband dat sindsdien de Saksen” genoemd wordt.

Het (dus nu cultureel Saksische) Oversticht omvatte: het land van Vollenhove, Salland, Twente en Drenthe. Een aantal plaatsen verwierf er reeds in de middeleeuwen hun stadsrechten van de bisschop: Almelo, Delden, Deventer, Diepenheim, Enschede, Genemuiden, Goor, Gramsbergen, Hardenberg, Hasselt, Kampen, Oldenzaal, Ommen, Ootmarsum, Rijssen, Steenwijk, Vollenhove, Wilsum en Zwolle.

In 1528 droeg de bisschop van Utrecht het Sticht (Utrecht) én het Oversticht over aan keizer Karel V. Die keizer werd zo, naast keizer, ook heer van Overijssel. Zo kwam de naam heerlijkheid Overijssel in gebruik. Dit duurde maar kort want ook de Staten van Overijssel besloten toe te treden tot de Verenigde Provinciën. Die Staten van Overijssel werden gevormd door de Hanzesteden (Deventer, Kampen en Zwolle) en de ridder-schappen” van Salland, Twente en Vollenhove.

Sedert de opstand tegen Philips II (het begin van de 80-jarige oorlog) maakte Overijssel dus deel uit van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Het werd bestuurd door de burgemeesters van haar steden en leden van de ridderschap. De stadhouders kregen meer invloed na een korte bezetting (1672-1674) door de Duitsers (de bisschop van Münster). Bij de oprichting van de Bataafse Republiek (1795) vormde Overijssel samen met delen van Gelderland, Drenthe en Friesland het Departement der Oude IJssel. De oude provinciegrenzen werden na de Franse tijd weer in ere hersteld.

Het, nu Duitse, Graafschap Linge nog toevoegen?

Zie ook: Fanfare in Giethoorn &

Sallands volkslied (Nedersaksisch), Twents volkslied (Nederlands)

Zwols volkslied

Han Tiggelaar

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.