Limburg

De provincies vormen van oudsher de fundering onder de Nederlanden. In het jaar 1578 hebben de „zeven provinciën” de Unie van Utrecht opgericht. Daarmee ontstond de Republiek der „Zeven Verenigde Provinciën”. Limburg bestond toen nog niet en  behoorde dus niet tot deze provincies. Echter delen van (het latere) Limburg vielen toen al wel onder het gezag van de Republiek, maar dan als generaliteitslanden (de landen van over de Maas”) zij werden, door de Staten-Generaal, rechtstreeks van Den Haag uit bestuurd. Na de Franse bezetting hebben veel van deze landjes (maar niet allemaal) zich verenigd tot één provincie (Limburg). Die provincie trad in 1886 (dus na de afscheiding van België!) toe tot het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden.

limburg

De provincie Limburg grenst in het noorden aan de provincie Gelderland, in het oosten aan de (Duitse) deelstaat Noordrijn-Westfalen, in het zuiden aan de (Belgische) provincie Limburg, in het zuidwesten aan de (Belgische) provincie Antwerpen en in het noord-westen aan de Nederlandse provincie Brabant.
De hoofdstad heet Maastricht. De bevolkingsdichtheid bedraagt zo’n 522  inw./km2

vlag Limburg                     Provincie wapen                        Provinciale vlag

Provincile omroep: (Radio L1) Limburg (L1 – TV) & Teletext.
Limburg in vogelvlucht & Weer in Limburg & Noodweercentrale Limburg.
Provinciale overheid  & De staten (parlement) van Limburg.
Toerisme in LimburgLeskaart van Limburg.
Limburg een korte geschiedenis.

Limburgs volkslied: Limburg mijn vaderland.

 -1-                                                        -2-
Waar in ‘t bronsgroen eikenhout,         Waar de breede stroom der Maas,
‘t nachtegaaltje zingt,                           Statig zeewaarts vloeit,
over ‘t malsche korenveld                    weeldrig sappig veldgewas
‘t lied des leeuw’riks klinkt,                   kostelijk groeit en bloeit,
waar de hoorn des herders schalt       bloemengaard en beemd en bosch,
langs der beekjes boord:                     overheerlijk gloort:
daar is mijn Vaderland,                        daar is mijn Vaderland,
Limburgs dierbaar oord!                      Limburgs dierbaar oord!
daar is mijn Vaderland,                        daar is mijn Vaderland,
Limburgs dierbaar oord!                      Limburgs dierbaar oord!

-3-                                                        -4-
Waar der vad’ren schoone taal klinkt  Waar aan ‘t oud Oranjehuis
met held’re kracht,                               ‘t volk blijft hou en trouw,
waar men kloek en fier van aard         met ons roemrijk Nederland,
vreemde praal veracht,
                       één in vreugd en rouw,

eigen zeden,  eigen schoon,               trouw aan plicht en trouw aan god,
‘t hart bekoort:                                     heerscht van Zuid tot Noord:
daar is mijn Vaderland,                       daar is mijn Vaderland,
Limburgs dierbaar oord!                      Limburgs dierbaar oord!
daar is mijn Vaderland,                       daar is mijn Vaderland,
Limburgs dierbaar oord!                      Limburgs dierbaar oord!

Let wel!:
Met „buitenstaanders” erbij wordt traditioneel alleen het eerste vers gezongen.

Geschiedenis
De geschiedenis van Limburg begint in het neolithicum (ca. 4.000 vbj), toen de uit het oosten komende stammen zich in Zuid-Limburg op de vruchtbare lössgronden aan de Maas vestigden. Dat waren landbouwers en overblijfselen van hun nederzettingen en hun cultuur (de bandkeramiek) zijn onder andere gevonden bij Sittard en Geleen. Na hen kwamen de standvoet- en de klokbekervolken. In de bronstijd vonden in Limburg Keltische invallen plaats. Daarna kwam er de Germaanse stam van de Eburonen.

Romeinse tijd
Omstreeks 50 vbj. brachten de Romeinen het gebied onder hun gezag. Limburg werd toen bewoond door Romeinen, Gallo-Romeinen en de nieuwe Germaanse bewoners, de Sugambren. De Gallo-Romeinse cultuur drong er door met als belangrijkste centra Trajectum ad Mosam (Maastricht) en Coriovallum (Heerlen). Daarnaast ontstonden er buitenplaatsen (villa’s) en werden er wegen aangelegd, waarvan de belangrijkste de weg van Keulen over Maastricht naar de Noordzeekust was. In de 5de eeuw werden de Romeinen verdreven en trokken de Germaanse Franken Limburg binnen.

Frankische tijd
De strijd tegen de Romeinen maakte dat de Germaanse stammen gemeenschappelijke leiders kozen. Hun volken groeiden daardoor geleidelijk samen. In de Nederlanden waren dat de Salische Franken. (Salisch = zout/zee en Frank = vrij). In het oosten vormden zich zo de Rupardische (Duitse) Franken. Het christendom, dat reeds in de Romeinse tijd was geïntroduceerd (St. Servaas, of Servatius, was in de 4de eeuw bisschop van Maastricht), herleefde in de 7de eeuw (prediking van Wiro en Plechelmus in Midden-Limburg). Limburg behoorde toen grotendeels tot het bisdom Luik. Ook de Frankische koningen hadden bezittingen in Limburg en verbleven er vaak (Meerssen en Maastricht). In 843 kwam Limburg bij het rijk van Lotharius en in 870 bij het Oost-Frankische Rijk. In de 9de eeuw had Limburg te lijden van plunderende Noormannen.

Versplintering
In de eeuwen die volgden op de ontbinding van het Frankische Rijk, ontstonden in Limburg een groot aantal kleinere gebieden, waar lokale heren zelfstandig het gezag uitoefenden. Bij deze gebieden waren ook veel vrije heerlijkheden en rijksonmiddelbare gebieden die rechtstreeks onder het Duitse Rijk vielen. Ook de hertogen van Brabant, de graven van Gelre en de bisschoppen van Luik bezaten gebieden in Limburg. Deze staatkundige versnippering bleef tot 1795 een typisch kenmerk van de provincie. In Maastricht deelden de hertog van Brabant en de bisschop van Luik het gezag. Tegen het einde van de 13de eeuw ontstond een oorlog tussen Brabant en Gelre om het hertogdom Limburg, dat toen hoofdzakelijk ten zuiden van de huidige Nederlandse grens lag (de Limburgse Successieoorlogen om Moresnet en omgeving). De graaf van Gelre werd in 1288 bij Woeringen verslagen en moest toen het zuiden van Limburg aan Brabant afstaan. Hij behield wel zijn bezittingen in Noord- en Midden-Limburg.

Landen over de Maas
In de 14de eeuw werden nog verscheidene oorlogen gevoerd in Limburg, met name om het bezit van Valkenburg, dat, evenals andere delen van Zuid-Limburg (de „Landen van Overmaze”), aan Brabant kwam. In 1543 veroverde Karel V het hertogdom Gelre, maar delen van Midden- en Noord-Limburg bleven in handen van de hertog van Kleef en Gulik en tal van kleinere gebieden bleven onafhankelijk. De staatkundige indeling werd sindsdien nog gewijzigd, o.m. in 1648 (Vrede van Münster), 1661 (Partagetraktaat), 1713 (Vrede van Utrecht). Limburg was al in 1568 in de Tachtigjarige Oorlog betrokken (invallen van Oranje, beleg van Maastricht door de hertog van Parma, 1579). In 1632 veroverde prins Frederik Hendrik de steden Venlo, Roermond en Maastricht en bij het Partagetraktaat kwamen delen van Zuid-Limburg bij de Republiek (als de Landen van „Overmaze” en de Generaliteitslanden). In 1713 werden de meeste delen van Noord-Limburg door Pruisen (nu Duitsland) veroverd.

Franse tijd
In 1794 veroverden de Franse troepen Maastricht, waarmee de Franse tijd begon. Het Franse bestuur stelde er de departementen Neder-Maas en Roer in, maakte een einde aan de bestuurlijke versnippering en voerde er tal van regelingen in die een blijvende basis voor eenheid zijn gebleken.

Nederlandse provincie
In 1815 kwam aan het Franse bestuur een einde en werd Limburg bij het Koninkrijk der Nederlanden gevoegd. Als provincie van het Verenigd Koninkrijk heeft het onverdeelde Limburg deel gehad aan de economische opleving, die goeddeels te danken was aan het dirigisme van Willem I (aanleg van wegen en kanalen en de bevordering van de industrie). Toch koos de hele provincie in 1830 de zijde van Brussel; alleen Maastricht (met Sint-Pieter), bezet door een infanteriedivisie onder leiding van generaal Dibbets, bleef voor Willem I behouden. Namens hem werd dit kleine territorium bestuurd door Gericke. De rest van de provincie kwam onder een eigen, door het Voorlopig Bestuur benoemde, gouverneur die in Hasselt resideerde; dat koos de afgevaardigden voor het Nationaal Congres en vervolgens ook voor de Kamer van Volksvertegenwoordiging, die Belgische Leopold I als koning erkende.

Die afgevaardigden verzetten zich in meerderheid tegen de gevolgen van het “Verdrag der XXIV Artikelen” (19 april 1839), dat heel de tegenwoordige Nederlandse provincie weer van België losmaakte en haar onder de titel van hertogdom in die heel twee-slachtige positie (Nederlandse provincie èn lid van de Duitse Bond) bracht. Maastricht en Venlo vielen buiten die Bond! In 1848 koos Limburg twee afgevaardigden in het Frankfurter Parlement. Een van hen, baron van Scherpenzeel-Heusch, stelde zich aan het hoofd van een beweging die Limburgs afscheiding en de volledige opname in de Duitse Bond nastreefde. Deze separatistische beweging viel al zeer spoedig uiteen. Staatsrechtelijk kwam aan die dubbelzinnige politieke status pas ten einde bij de opheffing van de Duitse Bond in 1866. Toen werd Limburgh toch, als elfde en laatste, een gewone provincie van het koninkrijk der Nederlanden. In 1867 verklaarde de Duitse kanselier Otto von Bismarck dat Limburg vrij was van alle banden met Duitse landen.

Opmerking:
Hollandse kinderen leerden dat von Bismarck een grondige hekel had aan katholieken en daarom niet aan Limburgers hechtte. Dat bleek ook uit zijn naam: Bevor Ich Sterbe mussen alle Romisch Catholischen kaputt leerden ze. Na WWII hebben de Hollanders in respect voor hoe de Limburgers (met name die katholieke mijnwerkers) bijdroegen aan het economisch herstel van heel Nederland, dat gezegde afgedankt.
Zie ook Maastrichter Staar.

Nog toe te voegen: Moderne tijd.

Limburgische liederen (in streektaal):
Mooi Limburg & Limburgse liedjes & Bestel mar & Loeënde klokken 1 & Loeënde klokken 2 & Wie ick nog een jungske waas & Daan goon de Lempkes aon.

Garde Limburgsche Jagers:
Inzweren van Limburgse Jagers & Mars van de Limburgse Jagers.
Limburgse Jagers tijdens de watersnood (februari 1953), Zuid-Limburg.

Alpha, Limburgs Bier.

City film Maastricht / Vierjarig World Music Contest in Kerkrade.

Muziekfestival Pinkpop.

Weer in Maastricht.

Anthem van Maastricht (text), originele text in het Maastrichts:

Jao, diech höbs us aon ‘t hart gelege
Mestreech door alle ieuwe heer.
Veer bleve diech altied genege
en deilde dreufheid en plezeer.
Veer huurde naor dien aw histories
te peerd op grampeer ziene sjoet.
Eus ouge blónke bij dien glories
of perelde bij diene noet.

En dee van diech ‘t sjoens welt prijze
in taol, die al wie zinge klink
dat dee op nui Mestreechter wijze
zien aajd Mestreech mèt us bezingk.
Me zong vaan diech ten alle tije,
eus moojers zonge bij de weeg
en voolte veer us rech tevreie
daan zong ze e leedsje vaan Mestreech.

Doe, blom vaan Nederlands landouwe
Gegreuid op ‘t graaf vaan Sintervaos
bis weerdig dobbel te besjouwe
gespiegeld in de blanke Maos.
‘n Staar, de witste oet de klaore,
besjijnt diech met haör straole zach
en um diech zuver te bewaore
‘nen ingel hèlt bij diech de wach.

Wie dèks woorste neet priesgegeve
mèh heels dien kroen toch opgeriech
en ongeknak biste gebleve
door euze band vaan trouw aon diech.
Daorum de hand us touwgestoke
‘t oug geriech op ‘t stareleech
en weurdt dat oug daan ins gebroke
daan beidt veur us het aajd Mestreech

Hutte

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.